Luchtboer

Henk wilde boer worden, melkboer, schillenboer, koeienboer, groenteboer, kon niet schelen, als het maar boer was. Boerboer. Een tijdje deed hij alsof hij het was, boer, in het klein. Rechtte zijn rug wanneer hij het veld, met de blik op oneindig, omspitte. Overzag zijn werk, keek niet om hoever hij nog moest, maar naar z’n kippen die achter het gaas naast hem, met lange nekken loerden naar de wormen die uit de vers omgespitte plaggen kropen. Daarachter de appelbomen en de perenbomen en de pruim, die in het voorjaar keurig om de beurt bloesemden. En de braamstruiken die zomers niet ophielden met groeien. Dat was genieten. Dat er, als je even niet keek, overal brandnetel en zevenblad de grond uitspoot, dat was minder.

Een beetje tractor, een John Deere, tot 450 PK, compleet met de nieuwste snufjes, kost toch gauw een ton ofzo. Hoeveel ton aardappels moet je daarvoor verbouwen, in hoeveel jaar verdien je zo’n groene tractor met airco terug? Hoeveel methaangas moet een veestapel daarvoor de lucht inblazen?

Henk z’n opa was boer. Met een rijtje trekpaarden in de stal, van die zware jongens. Eén PK per paard. Ploegen ging met twee of drie paarden die, om het vol te kunnen houden, één ploegschaar trokken. Een veld omploegen duurde dagen, alleen al het in en uitspannen van die beesten, Herta, Fleur en Daan, ze verzorgen, dat kostte veel tijd. Een beetje tractor met vijf of zes scharen erachter doet zo’n akkertje van toen in een paar uur nu. Groter dus dan maar, die akkers. En daar heb je het, het woord; schaalvergroting, ander woord voor stikstof.

Henk bestudeert van achter een te dure koffie bij Crossroads in ‘Arrivals’, Schiphol, onze ‘Nationale Luchthaven’, de zojuist gelanden. Uit alle delen van de wereld zijn ze uit de lucht komen vallen. Gehaaste mannen in pak, verwarde Aziaten, relaxte backpackers, bezonnebrilde lui met Louis Vuitton tas, verliefden, kinderen met ballonnen, afhalers en zij die hun afhalers zoeken, Egyptische prinsessen, getatoeëerden met korte broek, rolkoffers, roze koffers met stickers en niemand zonder telefoon. Per dag stijgen er meer dan zeshonderd vliegtuigen op en landen er evenveel. De hoeveelheid CO2 die Transavia, KLM, Lufthansa en Aeroflot uitstoot, is volgens onze minister Cora van Nieuwenhuizen dusdanig verminderd dat de Nationale Trots moet groeien, 40.000 vluchten per jaar erbij, moet makkelijk kunnen. “Geweldig”, denkt Henk, “wat een land”.

Henk heeft er geen benul van, denkt met z’n boerenverstand aan de hoeveelheid CO2 of stikstof, die al de John Deeres hebben uitgestoten op hun reis naar het Malieveld. Aan het totale bedrag aan waarde wat daar geparkeerd stond. Toch knap dat de regering in al haar wijsheid nu besluit om op sommige wegen de snelheid te verlagen van 130 naar 120 km. Ergens is het ook wel prettig dat je niet meer constant die horren voor ramen en deuren hoeft, die hinderlijke insecten, zijn er niet meer, vogels, waar zijn ze. En zo hier en daar een oranje veld in de polder, doodgespoten, oké, maar het geeft wat afwisseling toch. Het zal wel weer overwaaien, van die zure regen hoor je ook niks meer.

Varkensboer, kolenboer, kippenboer, beter één boer in de lucht dan tien op het land. Een van de kleinste landen ter wereld, Holland, een van de grootste exporteurs van voedsel, mooi toch, zo zit Henk te denken. Logisch dat je dan wat uitstoot. Melkplassen die groter moeten en dan weer kleiner. Asbest dat van het dak moet en dan toch maar niet. Mestvergunning, het is altijd wat.

Henk z’n te dure koffie is op en Henk gaat nog maar eens op het bord ‘Arrivals’ met de voortdurend verspringende namen kijken. Jahoor, zijn dochter, ze is geland. Vliegschaamte, ook zoiets, nieuwerwetserigheid.

Eén gedachte over “Luchtboer”

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s