Koerd

Het zal zo ongeveer precies in het midden zijn, tussen de Oost- en de Zuidhaven, waar ik de stoel vond. Net daar, waar ik toch al wilde gaan kijken wat ik die ochtend tussen mijn boterhammen had gedaan.(kaas natuurlijk) Ik kiepte het reeds verzamelde afval in de groene afvalbak. En daar achter de bak die wankel op de pootjes stond, de hoge waterstanden hadden het zand weggespoeld, stond de stoel. Zo’n moderne, uit- of inklapbare outdoor wildernis stoel. Ik ploegde me door het toch al geknakte riet naar de andere kant van de strekdam. Volstrekte luwte en uit het zicht van die enkele man-met-hond of die verrekte vogelaar. Eerder was ik al een hond tegengekomen, een van de 1,5 miljoen honden die ons land rijk (nou ja, rijk) is. Pas nadat de baas het grommende ondier in bedwang hield kon ik verder. Nu hier, stilte, zon en 1 of 2 graadjes boven nul.

Je moet er wat voor doen, maar dan heb je ook wat. Het is op dit moment kruip door – sluip door in de Biesbosch. Letterlijk honderden bomen zijn omgevallen door de laatste storm. Brood, kaas, een Koninginnen-Cup-a-Soupje en rivierzicht, need I say more? Nu komt het: nadat een aalscholver, die mij, al duikend, niet opmerkte, plotseling schrok en nadat het ruisgeluid van binnenvaarder Intensity was weggestorven, drong een ander geluid zich aan mij op. Wat was dat? Kwam het van de Amer, de rivier verderop, een konvooi binnenvaarders, of was het een vliegtuig? Een zware bommenwerper? Onderweg naar Aleppo, of nee, nu naar Alfrin, in het noorden van Syrië. Aleppo ligt in puin, de bevolking keert voorzichtig terug. Het strijdperk heeft zich verplaatst richting Turkse grens. Het Koerdische deel.

Vanmorgen nog postte ik een brief, in een enveloppe met postzegel in een oranje brievenbus. Aan de heer S. T. te Z. Een Irakese Koerd, die gevlucht voor Sadam Hoessein, jaren naast mijn moeder woonde. En die zo aardig voor haar was, als was ze zijn eigen moeder. Hij had zijn stad, Suleimaniya, een heel grote stad in Irak, meer dan 1 miljoen inwoners, moeten ontvluchten. De enorme file van duizenden stilstaande auto’s, boordevol met kinderen en opa’s en oma’s, werd gebombardeerd. Trauma’s voor het leven. De soep was op en de zon kwam nu goed door. Ik deed een laagje uit en schonk een kopje koffie in. Het geluid van de bommenwerper, of van de binnenvaarder op de Amer was weggestorven. Hier zat ik hier op mijn gevonden stoel. Aleppo, en nu de hel van Alfrin, is slechts vier uur vliegen ver. Het is toch maar net waar je geboren wordt.

Op weg hierheen maakte ik een foto voor mijn mapje ‘Bevervraat’. Steeds meer bomen worden aangevreten door de bever. Grote vallen om en blijven liggen, kleinere neemt hij mee naar de bevertjesburcht. Knaag, knaag, eventjes kwaad maken en hup daar gaat weer een boom. Een beetje bever zaagt een boom van dertig centimeter dik in vier uur om. Dertig jaar geleden werden de eerste bevers uitgezet in de Biesbosch. Langzaam werd de populatie groter. Nu breiden ze zich naar alle kanten uit. We wilden bevers; nu hébben we bevers. Het gaat een plaag worden.

Laatst ging ik uit eten bij Smyrna Tandoor. De eigenaar van het vrij stille restaurant, die , zo vertelde hij, de houtskooloven zelf gebouwd had, kwam er gezellig bij zitten en we bespraken de toestand in de wereld. Hij bleek een Turkse Koerd.
“Nederland is een goede land, in Nederland is een veilige land”.

De Nieuwe Merwede stroomde kalmpjes verder, vredig haast. Achter het riet was de aalscholver er weer. Hij zat op de strekdam, spreidde zijn natte vleugels uit, in het tegenlicht een fraai silhouet. Onbeweeglijk zat hij en keek naar mij.

Eén gedachte over “Koerd”

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s