
Een mist waarvan ik wist
dat die ooit komen zou
een deken nat en zwaar
die ik niet hebben wou
transparante ochtenddauw
je wimpers zwart en lang
je huid als nattig dons
voortdurend bang
druppel aan je neus
Geen gewone morgen
achter mistgordijnen
zul je gaan verdwijnen
en grijze pijn bezorgen
was wel te verwachten
dat je ‘t sprookje uitblies
na langdurende nachten
nabeeld op mijn netvlies
wat speelt zich in je brein
blijft voorgoed geheim
oplossend in nevels van de tijd
just fading out
(3 van 7-3)