“Later, als ik meer tijd heb, dan ga ik proberen meer mogelijkheden voor onverhard wandelen op het eiland van Dordt te creëren”.
Dat dacht ik, alweer jaren geleden, toen ik veel kilometers wandelde, fanatiek trainend, voor een nieuwe trektocht in de bergen. Om beter voorbereid te zijn op de ruwe bergpaden is het logisch om op onverhard terrein te wandelen. En dat is haast niet mogelijk hier. Natuurlijk, ik liep dan in de berm, in het gras en werd vreemd aangekeken door de hondenuitlaatmannetjes. Nog gekker was het wanneer ik ook het stijgen en dalen wilde trainen, ik daalde dan de hoge Wantijdijk schuin af naar beneden, liep een stukje door het soms hoge gras en klom weer omhoog om aan de andere kant opnieuw af te dalen. De hondenuitlaatmannetjes attendeerden elkaar en bleven stil staan, keken naar mij vanuit de verte, vol onbegrip.
Vorig jaar liep ik het eiland van Dordt rond, zoveel mogelijk langs het water. Op veel plekken was dat niet mogelijk. Dijken in privébezit van boeren, natuurgebieden. Zoals de dijk langs het Zuid Maartensgat, de lange dijk met die bunkertjes, waar je niet eens in de buurt kunt komen. Of het oude dijkje langs het Wantij. Ik twijfelde, toen, zal ik gewoon doorlopen? Over het prikkeldraad en door. In Engeland kan dat. Je hebt daar het Public Footpath en het ‘Right of Way’. Je loopt dwars door de velden en soms over het erf van een boerderij, dat je denkt: “Oei, kan dit wel?” Tot je vriendelijk goeiemorgen wordt gewenst, door een zwaarbesnorde man in een versleten Barbourjack met kwispelende labrador aan de voeten. Helaas, wij hebben hier een andere mentaliteit, die van, om in het Engels te blijven: Not in my backyard. Zo vertelde mij ene Michaelus, lid van de Wandelvereniging TeVoet.
Polder het Stedelijk is aangekocht door de gemeente. Ik las het in de krant en ook dat gemeentelijke bobo’s, natuurbeschermers (hoe zien die er uit?) en enkele leden van bovengenoemde wandelvereniging het gebied hadden bezocht. Die polder, een vervuild stuk grond, bevindt zich in de Sliedrechtse Biesbosch. En dat is voor mij Terra Incognita, onbekend gebied. Ik kan dat niet uitstaan, ik moet daarheen, ik moet dat ‘ontdekken’. Voor een luttele vijftien euro werd ik lid van de Vereniging TeVoet en wel hierom: deze club stelt zich ten doel meer onverhard wandelen mogelijk te maken. Michaelus, een licht aristocratische figuur toonde mij vele landkaarten van het Eiland van Dordt. Met daarop vele stippellijntjes van de dijken rondom, waar gewandeld zou moeten kunnen worden. Tot mijn grote vreugde constateerde ik: ik ben niet de enige roepende in de woestijn!
Of de duvel er mee speelt. In het plan van de dijkverzwaring is opgenomen een fietspad buitendijks langs de Kil. Dat is tenminste al iets, over een lengte van vijf en halve kilometer. En het wordt op dit moment reeds ten uitvoer gebracht. Michaelus vertelde dat het niet eenvoudig was. Bij de boeren die hij bezocht, met het verzoek wandelen toe te staan over hun grondgebied, ontmoette hij niet alleen onbegrip, of onwil maar zelfs vijandigheid. Pas wanneer bleek dat er geld viel te verdienen was er misschien wel wat mogelijk. Namelijk, de Boerenlandpadregeling, 45 cent per strekkende meter, dat lijkt niet veel, maar wanneer je een dijk hebt van enkele kilometers lengte loopt dat toch op. Vaak echter is het antwoord later: “Toch maar niet”. Ik snap dat dan ook wel weer. Zelf word ik ook laaiend wanneer ik iemand in mijn tuin aantref. Stiekem appels plukkend of kastanjes aan het rapen.
En toch, het lijkt mij veel mooier wanneer je bovenover die dijk kunt lopen – bijvoorbeeld de dijk langs de Elzen tot het Joachim Vischgemaal – dan onderlangs over dat kaarsrechte fietspad. Ik zegde Michaelus medewerking toe wanneer de vereniging TeVoet een pad gaat creëren in de Sliedrechtse Biesbosch naar polder Het Stedelijk. Eindelijk, gelegitimeerd toegang tot Terra Incognita.