Er is sprake van branding in mijn hoofd
het constant ruisen van de vloed
dreunend tot het me verdoofd
dreigend komend tegemoet
golven griezelig geweld
ik ben een hulpeloze drenkeling
bepaald geen maritieme held
met mijn droge handicap
verlangend naar rust en kentering
de leegte van de eb
(4 van 14-8)